Dit jaar schrijf ik alweer tien jaar! Om dat een beetje te vieren zet ik vandaag één van mijn eerste blogs opnieuw in de picture. Dit blog (over mijn eerste ervaring bij een beauty-/wellnessresort) trok destijds veel lezers en riep verschillende reacties op. Lachen is toegestaan! 😉
‘Omdat ik een arrangement voor twee personen had gewonnen, ben ik onlangs samen met vriendin P. voor het eerst naar een beauty-/wellnessresort gegaan. We zijn behoorlijk onervaren op dat gebied – we zijn allebei slechts twee keer in ons leven naar een schoonheidsspecialiste geweest – maar het leek ons wel wat; zo’n ontspannen, onbekommerd tutdagje. Die dag liep echter uit op een onhandig ‘twee trutten’-dagje.
Eenmaal aangekomen, legde de baliemedewerkster ons uit hoe het werkte. Ze duwde ons een badjas in onze armen waarop we ietwat onzeker vroegen naar de kleedhokjes. Kleedhokjes? Dat bleek een domme vraag; de baliemedewerkster keek ons aan alsof we zojuist uit een tbs-kliniek waren ontsnapt. We moesten het doen met één grote kleedruimte waar zich tevens de kluisjes bevonden, voor zowel vrouwen als mannen.
Met een scansleutel kon je een kluisje openen. Ik scande. Kastje nummer ‘…’ is geopend. Ik zocht naar het desbetreffende nummer, maar eenmaal gevonden, ging het kluisje niet open – ik had te lang gezocht. Sh*t. Dus ik liep weer terug, scande nogmaals, en omdat ik niet wist hoe lang die open bleef, racete ik ernaartoe. Dit moest toch een ontspannen dagje worden? Vervolgens kleedden we ons noodgedwongen geheel uit tussen wildvreemde mensen die zich daar op hun beurt niet om leken te bekommeren. Alsof het de gewoonste zaak van de wereld was werden we pardoes geconfronteerd met foeilelijke boxershorts, cellulitisbillen in vol ornaat en borsten in alle vormen en maten, waarna P. in mijn oor fluisterde: ‘Shit Von, had ik dit van tevoren geweten, dan had ik wel een bij elkaar passend setje aangetrokken.’
We hadden de ijdele hoop dat de gastvrouw ons wel gerust kon stellen, nadat we haar wederom een domme vraag stelden. ‘Of het wel echt nodig was in badjas te lopen, omdat we toch geen gebruik wilden maken van de sauna’s’. ‘Nou, jammer,’ antwoordde ze verongelijkt. ‘Ik zou het toch eens proberen, hoor’, en ze leek oprecht verbaasd dat we ons ondergoed nog aanhadden.
De schrik kwam er pas echt goed in op het moment dat we buiten op de zomerweide waren beland. Het bleek één groot walhalla van loslopende, onbehaarde klokkenspellen, vagina’s met overtollig schaamhaar, nog meer cellulitis, blubberbuiken, gekreukte hangborsten en bilspleten waarvan we nog net niet de remsporen te zien kregen. En dat zwom, liep, at, bukte, kletste, douchte, zonnebaadde en sliep erop los.
Hoewel het verboden was naakt rond te lopen, hadden velen hier duidelijk lak aan – het werd gewoon gedoogd. Is dát wat ze bedoelen met ‘even alles van je af laten glijden’? Begrijp me niet verkeerd. Ik heb niets tegen naakt, maar we dachten wel even dat de TomTom ons de verkeerde weg had gewezen. Waren we niet per ongeluk verzeild geraakt in een nudistenpark? Vol verbazing begonnen we als een stel onzekere pubers hardop te gniffelen. ‘Von, zullen we maar naar huis gaan, ik geloof niet dat dit iets voor mij is’, vroeg P. mij verward en de blikken om ons heen spraken boekdelen: Aggut, kijk dat nou toch staan, die zijn hier duidelijk voor het eerst.
We deden werkelijk ons best om ‘gewoon’ te doen. En het idee van een ontbloot bovenlijf ging nog wel. Maar geen schaamhaar op onze onderkant die er ook maar aan dacht om dan óók maar in evakostuum te gaan zwemmen en over de weide rond te dartelen, tussen onbeklede vrouwen die onze buurvrouwen hadden kunnen zijn, ietwat overjarige mannen en ja, zelfs kleine kinderen.
Toch wilden we er wat van maken. Dus besloten we een zonnebankje te pakken, maar dat bleek een ware zoektocht in een doolhof van doodlopende gangen. Ah, eindelijk. En warempel, er zat een slot op! Maar hoho, daar konden we niet zomaar op gaan liggen, er moest eerst een muntje in. Waar moesten we dat halen? Van het ‘Wij wensen u een onbezorgde dag!’ vermeld op de plattegrond, kregen we een afwijkende bijsmaak. Na de 20 minuten zon, ontvingen we een heerlijke gezichtsbehandeling. En deze dames konden ons gelukkig wél geruststellen.
‘Je mag ook met je handdoek om de sauna in hoor, jullie zijn niet de enigen die hier moeite mee hebben.’ Toen kwamen we er toch nog in terecht: een donker hok vol naakte lichaamstaal van mensen in de mediterende boeddhahouding, tot in de gêneloze ‘laat alles maar open en hangen’-stand. Wij zaten echter als enige in een ‘ik schaam me dood’-stand, waarop we snel weer vertrokken en ons van de spanning hebben gestort op een heerlijke fruitsalade met een reusachtige berg slagroom.
Of we uiteindelijk nog genoten hebben van een ontspannen dagje? Jazeker, toch wel. Maar niet van de massages, hottubs, zwem- of bubbelbaden. Ook niet zozeer van het verrukkelijke diner. En nee, zelfs niet van die zalige appeltaart. Want als er íets bestaat wat ontstressend werkt, dan is het wel een dag flink lachen. En dát is iets wat we die dag in elk geval wél hebben gedaan.’
Geef een reactie